12 september 2025
RHP ziet een duidelijke stijging in het aantal gemelde schadegevallen in teelten. In 2024 werden al 22 gevallen geregistreerd, tegenover 13 in het jaar daarvoor. Bij de eerste tekenen van groeiproblemen of een schademelding adviseert RHP contramonsters onmiddellijk veilig te stellen, zodat deze niet na de minimale bewaartermijn van 6 maanden worden afgevoerd.
Na de productie van een batch RHP-gecertificeerd substraat moeten substraatproducenten een contramonster van minimaal 5 liter nemen en dit gedurende minimaal 6 maanden bewaren. In de praktijk blijkt echter dat bij teeltschade het contramonster soms niet meer beschikbaar is, omdat de bewaartermijn inmiddels verstreken is. Vaak is de schade wel al eerder begonnen en gemeld bij de substraatleverancier.
RHP adviseert daarom gecertificeerde bedrijven om een intern protocol op te stellen waarbij contramonsters bij de eerste melding van ogenschijnlijk onschuldige of kleine signalen van groeiafwijkingen, groeiproblemen of schade veiliggesteld worden. Zo’n protocol voorkomt dat monsters niet direct na de minimale bewaartermijn worden afgevoerd en bij schadeonderzoek ontbreken. Het is belangrijk dat zowel kwaliteitsmedewerkers als verkopers hiervan op de hoogte zijn.
Hoewel dit een advies en geen keurmerkeis is, kan het enorm helpen bij het achterhalen van de oorzaak van schade of juist het substraat als oorzaak uitsluiten. Lees ook ons eerdere advies: Teeltschade? Betrek RHP snel voor grondig substraatonderzoek (9 mei 2025)